Een in Zutphen gevestigde leverancier van chemicaliën wordt verweten de Wet voorkoming misbruik chemicaliën te hebben overtreden door niet alle regels in acht te hebben genomen bij het verkopen van onder andere aceton, jodium, fosforzuur, zoutzuur en zwavelzuur. Deze chemicaliën worden gebruikt bij de productie van drugs en staan daarom op een speciale lijst.

Bij het leveren van dergelijke chemicaliën heeft de leverancier een plicht om na te gaan of deze gebruikt kunnen gaan worden voor het vervaardigen van drugs. Er geldt een checklist, die moet worden nagegaan. Bij twijfel dienen de autoriteiten geïnformeerd te worden.

Uit onderzoek van onder andere de FIOD is gebleken dat de door de verdachte geleverde chemicaliën zijn terechtgekomen in een drugslab. De vraag was of dit te verwijten was aan de leverancier.

De leverancier is bijgestaan door mr. U. Yildirim.

Door verdachte en zijn advocaat is aangevoerd dat de leverancier geen twijfel had over de bestemming van de chemicaliën en dat hij de checklist goed is langsgelopen. De afnemer heeft zich gepresenteerd als kunsthandelaar en de geleverde chemicaliën kennen allemaal een toepassing in de kunstwereld, bijvoorbeeld bij de restauratie van kunst.

Het gerechtshof heeft verdachte uiteindelijk wel verweten dat hij beter had moeten opletten, maar heeft hem hiervoor geen straf of maatregel opgelegd. Dat is na een vrijspraak de best mogelijke uitkomst voor een verdachte.

Zie voor meer informatie:

https://www.destentor.nl/apeldoorn/chemiebedrijf-zat-in-drugs~acec4856/

De uitspraak is in te zien via deze link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHARL:2015:7278

Facebooktwitterlinkedinmail